Ook uitzendbureaus die meer dan 50% verlonen in de agrarisch en groene sectoren worden ingedeeld in het wachtgeldfonds van de agrarisch en groene sectoren. Dit geldt ook voor uitzenden naar andere sectoren.

Inmiddels is er een forse stijging te zien van uitzendbureaus die de keuze maken ingedeeld te worden in het wachtgeldfonds van een zogenaamde ‘vaksector’. SZW vond dit een onwenselijke ontwikkeling. Immers, aldus SZW, de zorgen de uitzendbureaus voor een verhoging van de lasten van die vaksector, waardoor de premie voor het wachtgeldfonds in die sector stijgt. Dit terwijl de werkgevers in die betreffende sector, dus ook degene die geen gebruik maken van uitzendarbeid, mee betalen aan deze hogere lasten en de inzet van uitzendbureaus van hun collega’s.

Voor onze wachtgeldpremie zou de premie voor het wachtgeldfonds met ongeveer 7% kunnen dalen als de uitzendbureaus in de eigen vaksector worden ingedeeld. Inmiddels is door het SZW het besluit genomen dat alle uitzendbureaus die na 18 mei 2017 een keuze hebben gemaakt om in een vaksector ingedeeld te worden, daar geen toestemming meer voor krijgen.

SZW denkt met de Stichting van de Arbeid na over de wijze waarop alle overige uitzendbureaus die in een vaksector zijn ingedeeld, worden teruggebracht naar het eigen wachtgeldfonds. Er is een datum genoemd van 1 januari 2018 waarop dit gerealiseerd zou gaan worden. Door alle uitzendbureaus opnieuw in het eigen wachtgeldfonds in te delen, zullen de lasten van dat fonds stijgen.

Er is voor ieder wachtgeldfonds een lastenplafond. De last voor het wachtgeldfonds van de uitzendbranche zal  naar alle waarschijnlijkheid gaan stijgen tot boven dat plafond. Op dat moment wordt het meerdere via de premie van het werkloosheidsfonds omgeslagen over alle werkgevers in de BV Nederland. Er zal dus waarschijnlijk een stijging van de premie voor het werkloosheidsfonds volgen. We houden u geïnformeerd.