‘Bezint eer gij begint’: Dringende oproep voor andere omgang met internationale medewerkers
Internationale werknemers zijn in de glastuinbouw en open teelten onmisbaar. Ze doen vooral seizoenswerk dat een periode van enkele tot zo’n zes tot negen maanden bestrijkt. De Nederlandse arbeidsmarkt kan bij lange na niet voldoen aan de grote vraag naar productiepersoneel. Dat bedrijven op zoek gaan naar internationale medewerkers is dan ook begrijpelijk, zegt Eric Douma, bestuurder bij LTO Nederland. Dat gebeurt vaak via uitzendbureaus die niet alleen de werving van personeel regelen, maar ook het vervoer, de contracten en de tijdelijke huisvesting. Het kan allemaal dankzij internationale afspraken die werken door heel Europa mogelijk maken. De afspraken gaan dan bijvoorbeeld over sociale zekerheid, de geldende cao en praktische zaken als arbeids- en rusttijden en arbeidsomstandigheden.
“Goed ‘inlenerschap’ is complex,” benadrukt Eric Douma. De regels die bij de inhuur van internationale werknemers komen kijken zijn ingewikkeld. Zeker in situaties waarbij de werkgever, bijvoorbeeld een uitzendbureau, in een ander land gevestigd is dan waar de werknemer woont en het werk wéér in een ander land wordt uitgevoerd, zoals in Nederland. Op papier is het goed geregeld: de plek waar je werkt bepaalt welke cao van toepassing is. Ook voor internationale medewerkers die hier seizoenswerk verrichten, gelden de Nederlandse wetten en cao-regels. Daarin is bijvoorbeeld het loon, toeslagen en het aantal vakantiedagen geregeld. Voor sociale zekerheid, zoals de opbouw van AOW of WW, gelden bij tijdelijk werk de regels van het land waar een werknemer het grootste deel van de tijd woont, in onze sector vaak een Oost-Europees land.
Bij tijdelijk werken in Nederland is de praktijk weerbarstig. Om op de juiste plaats de afdracht van sociale premies mogelijk te maken vraagt de werkgever een A1-verklaring aan. De A1-verklaring legt de basis onder de sociale zekerheid. Dit is ook mogelijk met een niet-Nederlandse arbeidsovereenkomst en daar kan het makkelijk mis gaan. Weliswaar gelden dan in de periode dat er in Nederland wordt gewerkt, nog altijd de Nederlandse cao-afspraken maar de niet Nederlandse arbeidsovereenkomst loopt ook gewoon door.
Douma: “Een arbeidsovereenkomst in een andere taal kan bepalingen bevatten die wij in Nederland niet passend of wenselijk vinden. Je bent zelf geen partij bij deze overeenkomst, maar kunt er wel op aangesproken worden.” Onder bepalingen die hier niet door de beugel kunnen vallen bijvoorbeeld bepaalde inhoudingen op het loon, maar ook boetebedingen en zwijgconstructies, vertelt hij. “Bij het naar buiten komen van dergelijke afspraken in de arbeidsovereenkomst kan dit zeer schadelijk zijn voor de reputatie van je bedrijf en onze sector.”
Daarnaast werven malafide uitzendbureaus ook onder kwetsbare groepen; mensen die het in het thuisland slecht hebben en min of meer gedwongen hier komen werken. Als inlener ben je verantwoordelijk voor de juiste beloning en moet je dit controleren. Met een arbeidsovereenkomst en loonstrook in een andere taal wordt dit heel lastig. Als dan ook de werknemers het Engels niet of nauwelijks beheersen en er hier geen netwerk is, kan er van alles misgaan. Medewerkers kunnen zelfs op straat belanden. “De financiële voordelen van A1-verloning, namelijk doorgaans lagere premieafdrachten dan in Nederland, wegen niet altijd op tegen de risico’s,” zegt hij.
Vooral kleinere bedrijven in de sector zijn niet opgewassen tegen malafide bureaus. De regels zijn ingewikkeld en de overeenkomst in een onbekende taal is nauwelijks te controleren. LTO Nederland en Glastuinbouw Nederland roepen daarom op om alleen met Nederlandse arbeidscontracten te werken.
Naast het advies om alleen met een Nederlandse arbeidsovereenkomst te werken heeft Eric Douma nog een aantal tips: “Je kunt wel toezien op het naleven van de arbeids- en rusttijden en de arbeidsomstandigheden. Je hebt ook invloed op het verstrekken van veiligheidsmiddelen en het geven van goede instructies. Check ook of de cao-afspraken worden nagekomen. Vraag medewerkers hiernaar, bij voorkeur via het zien van een loonstrook. Het is verstandig om vooraf de A1-verklaring en de arbeidsovereenkomst te toetsen. Om privacy redenen kun je alleen naar een geanonimiseerde voorbeeldarbeidsovereenkomst vragen, maar doe dat wel.”
Daarmee is alle problematiek rond niet-Nederlandse overeenkomsten niet opgelost. Bezint eer gij begint, zegt Eric Douma daarom over buitenlandse arbeidsovereenkomsten. Het belangrijkste advies blijft om met bureaus in zee te gaan die met een Nederlandse arbeidsovereenkomst werken. “Met een Nederlandse arbeidsovereenkomst weet je zeker dat de afspraken passen bij de Nederlandse wetgeving en Nederlandse arbeidsverhoudingen. Daarmee kun je een goede werkgever én inlener zijn. Daarmee zorg je voor eerlijk werk tegen een eerlijke beloning.”