Op deze manier kan de kennis en expertise van EBN worden benut, wat volgens de minister zal bijdragen aan de verdere ontwikkeling van aardwarmte als nieuwe bron van energie in plaats van aardgas, voor de glastuinbouw, woningen en industrie. Het zal het vertrouwen van financiers, omwonenden, regionale overheden in aardwarmte verder verhogen volgens de minister.

Glastuinbouw Nederland is positief over deze ontwikkeling; een extra instrument in de aardwarmteontwikkeling. EBN is een gewaardeerde partij met veel kennis van het ondernemen in de ondergrond. Inzet van deze expertise is waardevol, en overigens vandaag al zichtbaar, bijvoorbeeld in het verder in kaart brengen van de aardwarmtepotentie in Nederland. Het leereffect tussen projecten neemt mogelijk toe, al moet benadrukt worden dat dit in DAGO-verband ook al stevig wordt opgepakt.

Vanuit het ministerie van LNV en Glastuinbouw Nederland is de afgelopen tien jaar via Kas als Energiebron veel inzet geweest op het ondersteunen van de ontwikkeling van aardwarmte, zoals de Kennisagenda Aardwarmte, Garantieregeling Aardwarmte, MEI-subsidie en later SDE+, ondersteuning van DAGO en Platform Geothermie. Daarmee is aardwarmte vanuit de glastuinbouw op de kaart gezet. De deelneming van EBN is een nieuwe stap die aantoont dat de kansen van aardwarmte nu breed worden opgepakt.

Glastuinbouw Nederland benadrukt dat het voor de ontwikkeling van aardwarmte essentieel is dat er een adequate ondersteuning vanuit de SDE+ is en dat er een stevige kennis- en innovatieagenda wordt opgezet, als vervolg op de Kennisagenda Aardwarmte vanuit Kas als Energiebron. Verdere opschaling en innovatie zijn onmisbare elementen om de noodzakelijke kostenreductie voor elkaar te krijgen. Ook op die punten zijn stappen van de minister van EZK nodig.

Tot slot, Glastuinbouw Nederland gaat er van uit dat de participatie helder en duidelijk wordt vormgegeven, bijvoorbeeld op het punt van bedrijfsvertrouwelijke gegevens van de afzonderlijke projecten. Een aandachtspunt is verder dat EBN ook de taak heeft om in de vergunningverlening EZK te adviseren over de financiële draagkracht van de aanvrager. Die rol moet strikt gescheiden blijven van de rol van de financiële deelname, zodat niet het beeld ontstaat dat EBN voor de projecten waar men aan deelneemt het vergunningtraject kan beïnvloeden.

De brief van het ministerie van EZK vindt u hier.