Productiestijging zet door in ‘Alstroemeria van de Toekomst, dichtbij’

Nu het winter is en het alstroemeria gewas een jaar staat in de afdelingen met de teelt van de toekomst en de referentieteelt, is het tijd voor een update van de proef ‘Alstroemeria van de Toekomst, dichtbij’. Vorig jaar rond deze tijd stond er een jong gewas, dat nu een jaar de tijd heeft gehad om op stoom te komen.

In het onderzoek, dat als doel heeft om klimaatneutraal alstroemeria te telen, wordt een fossielvrij teeltconcept vergeleken met een referentieteelt. In het oog springende verschillen zijn onder andere het diffuse kasdek, de hoge intensiteit full-LED belichting, een dubbel scherm en een verhoogd hygiënebeleid.
Bij het opstellen van het teeltconcept zijn de onderzoekers van Wageningen University & Research businessunit Glastuinbouw, uitgegaan van een productieverbetering van 30% bij de ‘Teelt van de Toekomst’ in vergelijking met de referentie. De realisatie tot nu toe overtreft de voorspelling: de productieverschillen tot afgelopen zomer waren 34% bij het ras Noize en 38% bij het ras Virginia. Die zijn nu zelfs gestegen naar respectievelijk 41 en 45%.

Huidmondjesopening
In de zomer is er niet belicht en werd het verschil in productie vooral gerealiseerd door een toename in fotosynthese als gevolg van een grotere huidmondjesopening. De deze winter uitgevoerde fotosynthesemetingen laten zien dat de verschillen in fotosynthese nog aanwezig zijn, maar wel wat zijn afgenomen. Nu zijn de klimaatcondities ook veel gelijker tussen de afdelingen dan in de zomer, toen er een verschil in vochtdeficiet werd gerealiseerd en het diffuse kasdek zijn steentje bijdroeg.
Nog steeds is de efficiëntie van de CO2 assimilatie hoger in de topbladeren in de teelt van de toekomst, dieper in het gewas zijn de verschillen klein. Dit verschil is nog steeds toe te wijzen aan een grotere huidmondjesopening. Lichtverzadiging treedt nu op bij 500-750 µmol/m2/s. Opvallend is dat de topbladeren in de teelt van de toekomst bij hoge lichtintensiteiten nog steeds beter presteren, maar bij winterse lichtintensiteiten is de winst afgenomen tot minder dan 10%. De verschillen in gewasfotosynthese moeten nu vooral worden gezocht in de toegediende lichtsom, die fors hoger is in de teelt van de toekomst.

Juiste spectrumkeuze
Het valt de telers uit de begeleidingscommissie ook op dat de meerproductie wordt gevonden in een toename in het aantal takken en niet zo zeer in een hoger takgewicht (bij gelijke lengte). Dit is ook de verwachting, omdat bij meer licht praktijkconform ook een hogere etmaaltemperatuur wordt toegepast. Hierdoor groeien de takken iets sneller uit en staat er een voller gewas. De taklengte bij Noize neemt wel iets af in vergelijking met de referentieteelt, iets wat in de eerste maanden van vorig jaar, in condities van heel weinig natuurlijk licht, ook is waargenomen. Mogelijk is dit een reactie van dit ras op het gekozen spectrum van de LED-belichting.
De juiste spectrumkeuze maken blijft een belangrijke vraag voor alstroemeriatelers, die veelal LED installeren als aanvulling op hun SON-T belichting. Om hier antwoord op te geven is een ander onderzoek opgezet, ‘Alstroemeria en haar lichtcriteria’, waar vier spectra worden getest op vier rassen. Zodra de productie hier goed op gang komt, worden de eerste resultaten via Kas als Energiebron gecommuniceerd.

Dit onderzoek wordt gefinancierd door het ministerie van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit en Glastuinbouw Nederland binnen het programma Kas als Energiebron, met daarbij een bijdrage van de Gewascoöperatie Alstroemeria, Signify (lampen), Ludvig Svenson (schermdoeken), HilverdaKooij en Royal Van Zanten (plantmateriaal). De Flori Consult Group begeleidt de teelt.

Kas als Energiebron

Nieves García en Kees Weerheim (Wageningen University & Research)

Glastuinbouw Nederland - © 2024