Reactie op Klimaat- en Transitiefonds: Maak glastuinbouw via publieke infrastructuur klimaatkampioen

Glastuinbouw Nederland is te spreken over de voorstellen van de regering om via het Klimaatfonds de energietransitie te versnellen en de stikstofimpasse te doorbreken. Daarbij ligt een unieke rol voor de Nederlandse glastuinbouw. Zo bleek ook al eerder uit ons investeringsplan.

Klimaatfonds
De glastuinbouw wil en kan de nationale energietransitie een impuls geven, zoals eerder omschreven in ons investeringsplan. De sector loopt voorop in de ontwikkeling en het gebruik van aard- en restwarmte, is initiator en aanjager van de aanleg van warmtenetten, waar ook huishoudens op worden aangesloten. De Nederlandse glastuinbouw heeft de ambitie om in 2040 klimaatneutraal te zijn. Dat brengt realisatie van de Nederlandse bijdrage aan het Klimaatakkoord van Parijs en de doelen van de Europese Green Deal binnen bereik. Dit vraagt echter wel de juiste randvoorwaarden van het Rijk en investeringen vanuit het Klimaatfonds.

Concreet pleit Glastuinbouw Nederland ervoor dat het voorliggende wetsvoorstel expliciet prioriteit geeft aan (infrastructurele) uitbreiding van aard- en restwarmte. Glastuinbouwbedrijven kunnen met een grotere capaciteit hun rol als warmtebuffer inzetten. Dat betekent dat telers overdag en ’s nachts deze warmte opvangen, om deze tijdens piekmomenten in de ochtend en avond weer vanuit hun warmtebuffer aan woningen te leveren. Zo ontlasten we het net en maken we in Nederland optimaal gebruik van de beschikbare duurzame warmte. Uitbreiding van de warmtebuffercapaciteit bij glastuinbouwondernemers slaat dus twee vliegen in één klap! We verduurzamen zowel de energieconsumptie van de glastuinbouw als die van huishoudens door het warmteaanbod via onze bedrijven te balanceren.

Momenteel kijkt de sector of de helft van de warmtekrachtkoppelingen (wkk) kunnen worden omgezet naar waterstof. Het Klimaatfonds kan deze transitie stimuleren. Dat is nodig omdat de route voor financiering van de onrendabele top in waterstofprojecten waarschijnlijk anders lastig wordt. Bovendien liggen er grote kansen in de benutting van de restwarmte die vrijkomt bij elektrolysers, die waterstof genereren. De uitkoppeling en distributie daarvan biedt kansen en heeft momenteel in waterstofplannen nauwelijks de aandacht. Vanwege publiek belang zou deze wet deze infrastructurele uitbreiding expliciet moeten prioriteren. Om de energievraag te verduurzamen is het wel een randvoorwaarde dat er een andere (duurzame) bron van CO2 komt. Glastuinbouw Nederland gelooft dat afvang van koolstofdioxide van de grootindustrie (CCU) een belangrijke weg is naar verduurzaming. Het onderhavige wetsvoorstel zou koolstoflandbouw via het aanleggen van CCU-infrastructuur moeten stimuleren, opdat extra gasverbruik voor CO2-productie wordt vermeden.

Transitiefonds
Glastuinbouw Nederland vindt het een gemiste kans dat modernisering van het teeltareaal glastuinbouw in Nederland niet in beeld is als mogelijke maatregel die onder dit fonds gebracht kan worden. Ons inziens past investeren in modernisering van het teeltareaal glastuinbouw – zoals bijvoorbeeld herstructurering van glastuinbouwgebieden rondom veenweide of verplaatsing van solitair gelegen glastuinbouwbedrijven - uitstekend in de doelen voor dit Transitiefonds. Bovendien is het onzeker of modernisering van teeltareaal onder de doelen van het Klimaatfonds geschaard kan worden, wat zou betekenen dat de glastuinbouw achter het net vist en zijn sleutelpositie in de transitie niet kan vervullen. Glastuinbouw Nederland pleit er dan ook voor om dit op te nemen in het landelijke pakket aan maatregelen en daarmee ook in het onderhavige wetsvoorstel. Moderne bedrijfsvoering in de glastuinbouw leidt tot emissiereductie en draagt bij aan alle doelen voor dit fonds.

Jesse Schevel

Glastuinbouw Nederland - © 2024