Gerberateler Ruud Batist vertrouwt op zijn groene vingers

“Ik ben iemand van de groene vingers”, zo laat gerberateler Ruud Batist uit Maasdijk zich ontvallen. Die constatering zegt veel over de manier waarop hij aankijkt tegen zijn manier van gerbera’s telen. Balans en vitaliteit zijn termen die regelmatig terugkomen in zijn verhaal. Net als mensen zijn planten die ‘lekker in hun vel zitten’ beter bestand tegen ziekten en plagen.

Denken vanuit de natuur, dat is het uitgangspunt op teeltbedrijf Batist Oranjepolder in het Westland. “Als de natuur in balans is, betekent dat ook een goede balans tussen planten en insecten”, verduidelijkt Ruud Batist. “Die situatie probeer ik ook zoveel mogelijk op ons bedrijf te realiseren.” In de strijd tegen ziekten en plagen kiest hij niet voor grondig reinigen. “Ik wil zoveel mogelijk in leven houden; waterleven, bacteriën en insecten. Het gaat om de juiste balans en om voldoende vitaliteit. Dat vereist wel zeer regelmatig metingen verrichten, zodat inzichtelijk wordt wat je aan het doen bent. Ik krijg steeds beter grip op de situatie.”

Biologisch werken
Hij schrikt dus niet van de aanwezigheid van negatieve bacteriën en schimmels in zijn kas. Dat veel telers wat terughoudend staan ten opzichte van de aanpak van Ruud is een gegeven. “Zij houden nog vast aan de vertrouwde werkwijze uit het verleden, volgen hun adviseurs en hopen op onderzoek. Ik vertrouw echter op een totaalconcept, gebaseerd op weerbare planten. De kwaliteit van het watersysteem moet in orde zijn, maar ook bemesting speelt een belangrijke rol, net als de inzet van biologie en - waar nodig - groene middelen. Analyses spelen op mijn bedrijf een belangrijke rol. Die leren mij of de plant de meststoffen goed opneemt en of het gewas voldoende weerbaar is.”

Wat hem soms wel in de weg zit, is dat afnemers – bloemisten, tuincentra, supermarkten, consumenten - de aanwezigheid van insecten in de bloemen niet altijd kunnen waarderen. “We doen uiteraard ons best om schone bloemen te leveren, maar een luisje is niet altijd te voorkomen. Dat klanten bloemen vrij van chemische gewasbeschermingsmiddelen willen begrijp ik, maar dan moeten ze een enkel beestje accepteren. Anders moet ik tegen mijn wil in chemie gebruiken, terwijl dat voor de teelt niet nodig is. Ik red het om jaarrond zo goed als biologisch te werken, met eventueel een correctie met een middel van natuurlijke oorsprong. Het is jammer als ik door afnemers min of meer word gedwongen om bijvoorbeeld een chemisch te gebruiken tegen luis.”

De enige manier
“Ik ben nu eenmaal iemand van de groene vingers en wil niet afhankelijk zijn van de beschikbaarheid van gewasbeschermingsmiddelen”, benadrukt Ruud. Natuurlijk zijn er meerdere wegen die naar Rome leiden. Wat de beste manier is, verschilt per gewas en bedrijf. Elke kas heeft zijn eigen gebruiksaanwijzing. “Ik denk vooruit en kies voor de langere termijn. Dat past het beste bij mij. Onze aanpak is niet eenvoudig en zeker niet het goedkoopste, maar naar de toekomst toe – naar mijn mening - wel de enige manier.”

Roger Abbenhuijs

Anna (11) en haar droombaan: plantenkweker

De 11-jarige Anna weet al wat ze later het liefst wil worden: plantenkweker! In een aflevering van de YouTube-serie ‘Later als ik groot ben’ gaat ze voor een dag aan de slag als plantenweker bij VDE Plant in Woudbrugge. Anna leert onder andere over…

Wat groeit er in de kas? Glasgroenten

Door de juiste hoeveelheid licht, water en warmte in de kas, kunnen in de Nederlandse kassen allerlei gezonde groenten groeien. Groenten die in de kas groeien worden ook wel glasgroenten genoemd. De meest geteelde groenten in de Nederlandse kassen…

Duurzame warmte uit de kas

Telers leveren een belangrijke bijdrage aan de verduurzaming van de samenleving. Zo kan de warmte uit de kas die wordt gebruikt om de planten te laten groeien ook gebruikt worden voor het verwarmen van huizen, scholen of sporthallen. De warmte in…

Glastuinbouw Nederland - © 2024