‘Rood is nog steeds verreweg de meest gevraagde kleur’
Zover het oog reikt, is op de lange rijen kweektafels een zee aan kerststerren te zien. De tafels met bloeiende planten die klaar zijn voor de verkoop, worden met een soort trein, zonder dat er een mens aan te pas komt, naar de sorteerruimte gereden. Drie camera’s fotograferen elke plant. Automatisch worden zo kleur, hoogte en grootte van de planten vastgesteld zodat de planten in de juiste sorteerbaan terecht komen. Een medewerker voorziet ze vervolgens van een hoes en plaatst de kerststerren in trays op een kar. Een tafereel dat gedurende de laatste twee maanden van het jaar dagelijks te zien is in de kassen van J&P ten Have.
Mexico
De kerstster bloeit van nature in de kerstperiode. Van oorsprong komt de plant uit Mexico en Midden-Amerika, gebieden waarin de nacht langer is dan de dag. “Dat bootsen we na in de kas door de plant 11 uur in het licht en 13 uur in het donker te zetten. Daarvoor gebruiken we speciale lampen en verduisteringsschermen. Ondanks het donkere najaar lukt het ons op die manier ook hier de plant met Kerst in bloei te krijgen”, legt Gerard van Deventer uit.
De 49-jarige kweker wilde vroeger elektricien worden. “Als scholier werkte ik in mijn vrije uurtjes altijd in de kassen. Toen ik mijn technische opleiding had afgerond, bleek het vak van kweker mij toch meer te boeien dan een bestaan als elektricien”, vertelt Van Deventer. In 2001 begon hij bij J&P ten Have. “Daar heb ik me kunnen opwerken, kwam ik in het management terecht en ben ik sinds 2020 mede-eigenaar.”
Vier kleuren
“Op onze 3,5 hectare grote locatie in De Lier telen we alleen rode kerststerren. Hier in Maasland hebben we 2,5 hectare kassen en telen we behalve rode, ook roze, witte en gevlamde kerststerren.” Tot aan 5 december is er, volgens Van Deventer, vraag naar alle vier kleuren. “Maar zodra Sinterklaas voorbij is, wil iedereen een rode kerstster.” Vooral bij de Duitse consument is de rode kerstster geliefd. “Zo’n 70% van onze kerststerren gaat naar Duitsland, 25% gaat naar andere EU-landen en 5% kun je terugzien bij Nederlandse bloemisten en tuincentra.”
Stekjes
De teelt van de kerstster begint in augustus met het opplanten van stekjes, afkomstig van zogeheten moerplanten op kwekerijen in Afrika. Gespecialiseerde bedrijven in Europa brengen de stekjes die van deze moerplanten worden gesneden, aan de wortel. Dat duurt gemiddeld zo’n 24 dagen. “Heeft een beworteld stekje eenmaal drie tot vier blaadjes, dan komt het bij ons binnen”, vertelt Van Deventer. “Binnen drie maanden kweken wij dat piepkleine plantje op tot een prachtig bloeiende kerstster.”
Biologische aanpak van plaaginsecten
Tijdens de teelt kan het gebeuren dat bepaalde plaaginsecten de planten belagen. Witte vlieg en trips zijn bijvoorbeeld beduchte plagen. “Daartegen zetten we hun natuurlijke vijanden in: roofmijten. Deze beestjes eten de larven van de witte vlieg op.” De beheersing van plagen gebeurt dus zoveel mogelijk biologisch. Alleen na een warme zomer en een warm najaar kan het voorkomen dat plagen niet afdoende biologisch met natuurlijke vijanden bestreden kunnen worden. “Dan moeten we helaas gewasbeschermingsmiddelen inzetten. Liever doen we dat natuurlijk niet, want daarmee verstoren we ook de biologie.”
Aardwarmte en led
Om de kerststerren goed te kunnen laten groeien, is in de kas een temperatuur nodig van 17 à 18 graden. “Daarvoor gebruiken we geothermie. Met zes andere telers exploiteren we samen een aardwarmtebron, waarmee we voor een groot deel in onze warmtebehoefte kunnen voorzien”, legt Van Deventer uit. Voor de belichting van de planten worden sinds vorig jaar ledlampen gebruikt. “Dat gebeurt nog niet in al onze kassen, maar we streven ernaar in 2024 volledig over te zijn op leds. Dat zal enorm schelen in energieverbruik.”
En wat gebeurt er als de laatste kerstster eind december de kas heeft verlaten? Van Deventer: “De overige maanden van het jaar telen we begonia’s en diverse soorten groene kamerplanten. Die producten verkopen we het hele jaar door, behalve in de kerstperiode. Want dan is er namelijk nauwelijks vraag naar. De teelt van de kerstster zorgt dus voor een mooie overbrugging van die weken, waardoor onze kassen nooit leegstaan.”
Mexicaanse legende
De kerstster (Poinsettia) bloeit van nature in de kerstperiode. Maar er is nog een verklaring waarom de Poinsettia met Kerstmis is verbonden. Volgens een Mexicaanse legende uit de zeventiende eeuw plukte het arme meisje Pepita, op weg naar een kapel om er naar het kindje Jezus te gaan kijken, in de berm wat kruiden. Ze maakte er een boeketje van om aan Jezus te geven. In de kerstnacht begon het tuiltje te bloeien met grote rode bloemen, wat de kerk beschouwde als een kerstwonder. De Poinsettia wordt sindsdien ‘Bloem van de Heilige Nacht’ genoemd en in veel landen geassocieerd met Kerst. Ook ontstond een nieuwe traditie: 12 december werd de dag dat je iemand een kerstster cadeau geeft.