PPS-project ‘Weerbare teeltsystemen tegen invasieve tripsplagen in de Glastuinbouw’ afgerond
Recentelijk is de glastuinbouw geconfronteerd met twee nieuwe invasieve soorten: de Japanse bloementrips, Thrips setosus en de pepertrips Thrips parvispinus. Beide soorten zijn zeer polyfaag en kunnen in groente- en sierteeltgewassen aanzienlijke schade geven. In Anthurium en orchideeën geven de invasieve vandatrips, Dichromothrips corbetti en de orchideetrips Chaetanaphothrips orchidii steeds meer schade.
Voor het ontwikkelen van effectieve bestrijdingsmaatregelen en weerbare teeltsystemen tegen de nieuwe invasieve tripssoorten is het essentieel om het gedrag, de ontwikkeling en interactie met andere soorten te kennen. Door gebrek aan basiskennis over invasieve tripssoorten is het lastig om weerbaarheid van teeltsystemen tegen deze plagen te ontwikkelen.
In kasproeven met potanthurium is de bestrijding van pepertrips door bodem- en bladroofmijten of de combinatie daarvan onderzocht. In géén van de behandelingen werd een significante bestrijding van trips behaald. Afzonderlijke studies naar het verpoppingsgedrag laten zien dat de pepertrips diep in schachten wegkruipt om te verpoppen, plekken waar roofmijten waarschijnlijk moeilijk bij kunnen.
In Phalaenopsis is de bestrijding van de vandatrips, Dichromothrips corbetti, onderzocht. In ditgewas werden zeer goede resultaten behaald met 2 soorten roofmijten en Orius. Een rooftripssoort vestigde zich uitstekend in potorchidee, maar was niet effectief in het bestrijden van vandatrips.
In lelie is de bestrijding van de Japanse bloementrips Thrips setosus met blad- en bodemroofmijten onderzocht. De bestrijding met bladroofmijten was zeer effectief, maar bodemroofmijten leverden geen significante bijdrage aan de bestrijding.
Tot slot is in het laboratorium een start gemaakt met het testen van de effectiviteit van entomopathogene schimmels. De eerste resultaten laten zien dat de effectiviteit van isolaten per tripssoort verschillend kan zijn.
Het PPS-onderzoeksproject werd uitgevoerd tussen mei 2021 en december 2023 en stond onder leiding van de Business Unit Glastuinbouw en Bloembollen van Wageningen University & Research. Dit project is mede tot stand gekomen door de bijdrage van het Nederlandse Ministerie van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit, Stichting Kennis in je Kas, Gewascoöperatie Potorchidee, Gewascoöperatie Lelie, Anthura B.V., Dümmen Orange, Landelijke commissie potanthurium, Wijnen Anthuriums B.V., Kwekerij Oosterom, Spek Flowers Moerkapelle B.V., Stichting Wageningen Research en Glastuinbouw Nederland.